Opvoeden vanuit je hart
Katoenen luiers, lang borstvoeding geven, je kind meenemen in een draagdoek en bij je laten slapen, houten speelgoed in plaats van plastic. Steeds meer mensen kiezen als vanzelfsprekend voor natuurlijk ouderschap. Reden om te praten met een aantal mensen die zowel persoonlijk als vakmatig met natuurlijk opvoeden bezig zijn.
Tekst: Yvonne Koop
Manon Gagic (38)
Moeder van Lana (9 jaar), samen met echtgenoot Goran eigenaar van de webwinkel www.GreenJump.nl
Judith van Wijk (38)
Leerkracht Speciaal Onderwijs en internetondernemer (www. Highteeth.nl, www.hipenhot.nl en www.mommymeasure.nl), moeder van drie en zwanger van nummer 4.
Alian de Jong (44)
Moeder van drie puberdochters en een zoontje van bijna 2,5, werkzaam als gemeentelijk beleidsadviseur.
Gabriëlle Jurriaans (43)
Schrijver en journalist, gespecialiseerd in natuurlijk en onvoorwaardelijk ouderschap, maker van Kroost.org en moeder van twee zonen.
Musetta Blaauw (31)
Moeder van drie kinderen (8, 6, 4 jaar) en zelfstandig ondernemer (www.musjes.com).
Wendy Traa (41)
Moeder van Bloeme (9) en Veerle (6), getrouwd met Siebren, schrijfster. Op haar site www.deopenplek.nl veel tips over hartelijk en natuurlijk opgroeien.
Wat is jullie definitie van natuurlijk ouderschap?
Judith: “Dat ik probeer mijn kinderen zoveel mogelijk in veiligheid en vertrouwen te laten opgroeien en ze opvoed vanuit mijn hart. Ik probeer goed te kijken naar hun behoeftes en hier op in te spelen.” Roos knikt: “Intuïtief en liefdevol opvoeden met open ogen en oren.” Voor Alian betekent natuurlijk ouderschap vooral je kind serieus nemen. “Kinderen uiten behoeftes en vanuit natuurlijk ouderschap ga je daar op in, in plaats van ze bewust te negeren. Met respect voor het kind en voor mezelf. Natuurlijk ouderschap betekent echter niet dat je je kind altijd maar zijn zin geeft.” Gabrielle vult aan: “Een baby komt op de wereld met de verwachting dicht bij anderen te zijn en te blijven en dat er aan hun behoeftes wordt voldaan. Als dit gebeurt, kunnen ze leren op zichzelf te vertrouwen en de wereld ontdekken. Het geeft kinderen een stevige basis voor de rest van hun leven.” Een hele verantwoordelijkheid, die ook weer niet te zwaar moet worden opgepakt, aldus Wendy. “Ik zou het toejuichen als mensen hun eigen plezier en wijsheid aanboren en als uitgangspunt nemen.
Hoe doen jullie dit in de praktijk?
Manon: “Ik probeer naar Lana te luisteren en te kijken zodat ik echt zie en hoor wat ze nodig heeft.” Ook Musetta vat het kernachtig samen: “Mijn kinderen kiezen hun weg en ik ontdek, ontwikkel en ervaar als mentor, coach en begeleider met ze mee.” Gabrielle geeft een voorbeeld: “Toen onze kinderen heel klein waren, waren we dag en nacht dicht bij ze, totdat ze zelf stukje bij beetje zich van ons af bewogen, in hun eigen tempo. Voor ons waren dragen in een doek, borstvoeding en samen slapen handige hulpmiddelen.” Judith herkent dit. “Zeker de eerste anderhalf jaar draag ik mijn kinderen veel in een draagdoek. En ik geef mijn kinderen zo lang mogelijk borstvoeding, omdat ik denk dat de natuur het zo bedoeld heeft. Met alle respect voor mensen die dat anders voelen. Onze kinderen mogen bij ons in bed slapen. Veel mensen keuren dat af maar ik heb het gevoel dat mijn kind dat nodig heeft, en dus is het oké. Als ze 16 zijn doen ze het heus niet meer.” Alian voegt toe: “Wij laten onze zoon zo weinig mogelijk huilen. Hij zit nu in een leeftijdsfase dat hij gaat krijsen als iets niet gaat zoals hij wil. Dan leg ik uit dat dat niet altijd kan, en laat ik hem echt wel even begaan als ik hem niet kan afleiden. Maar hem laten huilen als hij naar bed moet tot hij van uitputting in slaap valt, zoals vaak wordt geadviseerd, dat doen we niet.” Voor Wendy betekent het dat zij en haar gezinsleden de balans in het gezin goed in de gaten houden en daar bewust mee omgaan. “Als wij druk of moe zijn benoemen we dat. En we zorgen voor elkaar. We doen bijvoorbeeld yoga, of de één gaat even op de bank rusten terwijl de ander afruimt. We steken vaak kaarsjes aan, zeker nu in de winter, koken lekker en masseren elke avond de voeten van onze kinderen. Dat geeft verbinding en rust.
Zo klinkt natuurlijk ouderschap heel vanzelfsprekend, a way of life. Is het dat ook?
Wendy: “Het is een way of life geworden. We eten biologisch, zijn vaak in de natuur en proberen op onze gezondheid te letten met bijvoorbeeld homeopathie en bioresonantie. We hebben onze weg, in ieder geval voor nu, gevonden.” Alian vult aan: “Het gaat niet vanzelf, je moet het leren. Zeker als je zelf best voorwaardelijk bent opgevoed. Ik betrap mezelf er nog steeds op dat ik tegen mijn zoon wil zeggen: ‘Als je nu even meekomt, mag je straks…’. Een spelletje maken van wat er nu eenmaal moet gebeuren werkt veelal beter.” Gabrielle: “Mijn oudste zoon begon steeds te huilen als ik hem neerlegde. Ik voelde me verdrietig, zo verscheurd. Niemand kon vertellen waarom hij zo huilde. Met mijn tweede zoon was ik inmiddels gewend aan samen slapen en borstvoeding geven en liep het vanzelf. Ik gun het andere ouders zich net zo veilig en gerust te voelen als ik toen.” Er is een kentering, vindt zij. “Hoewel het in onze maatschappij nog geen gemeengoed is, zie ik de laatste jaren steeds meer ouders dragen en borstvoeding geven. Natuurlijk ouderschap is niet voor niets gestoeld op gedegen wetenschappelijke inzichten.” Judith beaamt dit, maar voegt toe: “Soms vind ik het lastig dat mensen een mening paraat hebben. Ik klaag, net als andere ouders, ook wel eens als ik de zoveelste nacht op rij weinig heb geslapen omdat mijn kinderen me wakker hielden. Of dat ik niets aan mijn avond heb omdat ze er iedere 10 minuten uit komen. En dan zijn er altijd betweters en oplossers die beweren dat ik gewoon harder moet zijn want dan stoppen ze er wel mee. Ik negeer dergelijke adviezen: als ik ergens van baal, betekent dat niet dat ik twijfel aan mijn aanpak. Ik vertrouw er nog steeds op dat kinderen het meest groeien van liefde, aandacht en vertrouwen.
Wat kunnen andere ouders doen die natuurlijk(er) willen opvoeden?
Volgens Alian kunnen ze zich afvragen hoe zij behandeld zouden willen worden als ze kind waren.” Musetta benadrukt nogmaals: “Kijk en luister naar je kind en volg je hart!” Roos voegt toe: “Vooral in alle rust echt luisteren.” “Zoek gelijkgestemden in je omgeving. Bedenk wie je de eerste maanden kan helpen, en bespreek dat met je omgeving. Spreek met andere ouders af als je kind er eenmaal is, wissel ideeën uit. Via fora en social media kun je nieuwe mensen leren kennen. Of richt een speelgroep of een participatiecrèche op. Blijf in elk geval niet alleen. Kinderen hebben een rijke sociale omgeving nodig, maar ook ouders hebben de steun van anderen vaak hard nodig.” Laat je daarbij niet gek maken door de vele info, aldus Judith: “Je hoeft niet alles te doen wat bij natuurlijk opvoeden ‘hoort’. Ik pik er uit wat bij mij past.”