Hoe een vergeten volk weer wortel schiet
Tekst: Gilles Havik | Beeld: Shutterstock
Sinds de jaren ’80 zorgt Maui Solomon samen met andere nazaten voor een opleving van de Moriori identiteit en cultuur op het eiland Rēkohu (Chatham Island).
Het Moriori-volk noemt dit eiland ‘Rēkohu’: mistige zon. De officiële naam is Chatham Island, zo bepaald door de Nieuw-Zeelandse autoriteiten 800 kilometer verderop. Hier woont Maui Solomon al voor het grootste deel van zijn leven. Hij herstelt de cultuur en identiteit van zijn stam, die in de negentiende eeuw een genocide onderging. “De eerste keer dat ik in Rēkohu aankwam en hier liep, voelde ik mijn voorvaderen tot me spreken.”
Maui Solomon is een nazaat van de laatst bekende volbloed Moriori. In de lokale taal heet zijn grootvader ‘Tame Horomona Rehe’, maar hij is bekend als Tommy Solomon. Sinds de jaren ’80 zorgt Maui samen met andere nazaten voor een opleving van de Moriori identiteit en cultuur op het eiland Rēkohu (Chatham Island).
De Moriori, oorspronkelijk afkomstig uit Polynesië, bevolkten zo’n 800 jaar geleden de eilanden Rēkohu en ‘Rangihaute’ (Pitt Island), waar ze voor eeuwen leefden volgens pacifistische principes. Maar rond 1835 werd de vrede verstoord door twee Maori-stammen, de ‘Ngāti Tama’ en de ‘Ngāti Mutunga’, die met een Engelse zeilboot naar het eiland waren gebracht. De Moriori boden ze vrede en gastvrijheid, maar werden geslacht en gekannibaliseerd. De overlevenden werden tot slaaf gemaakt. Van een Pre-Europese populatie van 2500, waren er rond het jaar 1900 nog maar twaalf mensen over van geheel Moriori-afkomst.
De bomen van de voorvaderen nieuw leven inblazen
Op zondagochtend staan Maui en zijn vrouw Susan vroeg op. Met vrijwilligers planten zij voor de komende tien jaar jaarlijks 15.000 opgekweekte boompjes. Het zijn exemplaren van inheemse soorten die door de eeuwen heen in aantal zijn afgenomen. “We herstellen de ecologische integriteit van het land,” legt hij uit. “Er zit meer leven in een theelepeltje aarde dan er mensen zijn op de hele wereld!”
Volgens de Moriori-overlevering kregen de aardemoeder en hemelvader samen een kind, de god van het bos, die later met zijn vrouw al het leven voortbracht. “Wij mensen zijn de kleinkinderen van het bos. We staan als jongelingen onderaan, niet als heersers aan de top,” vindt Solomon.
De Moriori graveerden levende bomen, ‘kopi’, met mensachtige figuren. Dit fenomeen, genaamd ‘Rakau Momori’, of gedenkboom, is uniek voor Polynesië. Sommige exemplaren zijn meer dan 300 jaar oud. Het feit dat ze zo lang hebben overleefd is uitzonderlijk, want een boom sterft normaal langzaam af als er diepe krassen in de schors zijn gekomen. Met hulp van archeologen onderzoekt Solomon hoe de bomen precies werden gegraveerd. Hij hoopt dat zijn volk ooit de kunst van het bomen graveren kan doen herleven.
Tot nu toe zijn de pogingen mislukt. “Als het jaren of tientallen jaren duurt om de techniek opnieuw te ontwikkelen waarmee je respectvol, zonder schade een boom kunt graveren, dan is dat de tijd die het nodig heeft. De natuur heeft geen haast. Het gebeurt wanneer het gebeurt,” zegt Solomon.
Samenleven op Rēkohu
Het heeft er voor de Moriori lange tijd niet goed uitgezien. Nieuw-Zeelanders leren op school nog dat ze zijn verdwenen. “We waren niet uitgestorven. We zijn een levend volk met een levende cultuur. We zijn onze taal aan het herstellen. We hebben een mooie ‘Marae’ gebouwd, een traditioneel ontmoetingshuis, en een deel teruggekocht van ons traditionele land,” zegt Solomon.
Het traditionele fonds, de Hokotehi Moriori Trust, heeft in de afgelopen twintig jaar visserijen, landbouwbedrijven en een goed lopend toeristenbedrijf opgericht. Solomon schat dat er nu ongeveer zesduizend mensen zijn met een Moriori-afkomst. Het overgrote deel is zich daarvan niet bewust. De Moriori op Rēkohu zijn nu een van de vier grote belanghebbenden van het eiland. Er zijn nog wel Ngāti Mutunga met weerstand tegen de heropleving van de Moriori, maar dat houdt niemand tegen. “We laten ons niet meer pesten.”
In een poging om de culturele identiteit van de Moriori in de medebewoners te doen herleven, zoekt de Hokotehi Moriori Trust ook manieren om de taal en de traditie van overlevering terug te brengen. Er zijn veel Moriori met Ngāti Mutunga-afkomst. “Sommige Ngāti Mutunga begrijpen nog steeds niet wat er is gebeurd. Ze zien hun voorvaderen als de overwinnaars, en onze vredelievendheid als zwakte. Maar het was geen heldendom, het was genocide. Een grotere tegenstelling in wereldbeelden vind je bijna niet.” Solomon voegt daaraan toe dat Moriori en Ngati Matunga vandaag de dag meer hebben dat ze verbindt in het kijken naar de toekomst, dan wat ze verdeelt door naar het verleden te blijven kijken.
De Moriori daarentegen koloniseerden eilanden met een gematigd klimaat, maar wel zeer rijk aan zeezoogdieren, schelpdieren, zeevogels (en hun eieren) en zeevis. Al deze voedselbronnen waren gemakkelijk bereikbaar met relatief eenvoudige jachtwapens zoals knuppels. De landbouwkundige kennis die ze mogelijk nog hadden, was door het klimaat niet toepasbaar op deze eilanden. Van het aanleggen en herverdelen van voedselvoorraden was geen sprake, ook niet van een standenmaatschappij met een klasse van krijgers. Zij bleven jagers en verzamelaars en ontwikkelden een cultuur waarin het bevolkingsaantal niet te hoog kon oplopen en waarin geen leger en legeraanvoerders bestonden. Zij leerden daarentegen om conflicten op te lossen zonder gebruik van geweld. Daarom waren ze volstrekt weerloos ten opzichte van de Maori’s.
Geduldig werken aan een nieuwe identiteit
Solomon kijkt graag ver vooruit. “Het heeft meer dan honderd jaar geduurd om onze identiteit en cultuur te vernietigen, dus het kan ook weer honderd jaar duren om het opnieuw op te bouwen,” zegt hij. “Het probleem waar wij mensen mee te maken hebben, is dat we allemaal haast hebben om dingen voor elkaar te krijgen. Ik spreek ook voor mezelf. We zijn uit de pas gaan lopen met de natuur. We moeten ons eigen ritme hervinden als we willen overleven op deze mooie planeet.”
Een van Maui’s favoriete woorden is ‘Hokorereoro’. Dat is de naam van een eiland in de buurt. Er wonen daar miljoenen vogels. Het woord betekent: trilling van vlucht. “Dat woord moet iets beschrijven van hoe de voorvaderen zich op dat eiland voelden. Want ’s nachts, met het klapperen van al die vleugels, komt het land tot leven.”