Top
Alexandre Tharaud

Interview Alexandre Tharaud De Franse esprit

Tekst: Eric Schoones Fotografie: Yoshie Kuwayama (Versailles), Marco Borggreve (portret).

Pianist Alexandre Tharaud is gefascineerd door Versailles, het perfecte decor voor een nieuwe CD met oude Franse meesters. Als zoon van een ballerina en een bariton groeide hij op in het theater en wilde goochelaar worden, maar zijn ouders beslisten anders. Nog altijd is het meest in het oog springend in zijn biografie dat hij thuis geen piano heeft. Hij leent sleutels van appartementen van vrienden… Meestal is er dan een geheime liefde in het spel. Tharaud doet er niet moeilijk over: de piano is zijn minnares, maar zo veeleisend dat hij haar de deur moest wijzen en hij moet toch ergens oefenen.

Versailles

Waarom opnieuw een CD met muziek van de oude Franse klavecinisten?

De respons op mijn eerste CD met muziek van Rameau en Couperin, achttien jaar geleden, was overweldigend. Ik speel die muziek nog regelmatig op concerten en wilde eigenlijk exact dezelfde stukken nog eens opnemen. Ik ben nooit tevreden over geen enkele CD, maar precies hetzelfde muziek, dat vonden de mensen van mijn label niet zoín goed idee. (lacht) Het verkoopt slecht en dus koos ik voor ook minder bekende componisten zoals Duphly. Hij stierf in 1789 en kende de pianoforte al wel en zijn muziek lijkt ervoor geschreven. De twee stukken van hem op de CD, La De Belombre en het Rondeau La Potho¸in zijn werkelijk magnifiek. Ik hoop hiermee ook andere pianisten op dit spoor te zetten. Waarom spelen we wËl Rameau, Couperin en Scarlatti en geen Duphly?

Maar niet al die muziek is geschikt voor de piano.

Nee, sommige stukken van Couperin klinken beter op klavecimbel en die moet je dan ook niet op de piano willen spelen. Rameau is nooit een probleem op de piano, maar DíAnglebert bijvoorbeeld met op bijna elke noot een versiering is minder geschikt voor de piano.

Het is mooi om te zien hoe de Franse componisten uit de negentiende en twintigste eeuw de oude meesters eerden. 

Ja, terwijl de muziek wel een heel andere betekenis en waarde kreeg – de monarchie en de koningen maakten plaats voor de opera en het concert – waren die componisten uit zo verschillende tijden toch ÈÈn grote familie. De esprit bleef onveranderd.

Versailles heeft voor u een bijzondere betekenis?

Omdat ik hoop daar concerten te geven in de zomer, was ik er nog vorige week, op een maandag, dan is het museum gesloten voor publiek. Het is mogelijk nostalgie, maar het is zo indrukwekkend, helemaal alleen in die grote zalen. Het kasteel maakt me bang, er zijn teveel geesten.

Geesten?

Hij schakelt van zijn vertrouwde Frans even over op Engels en met een zwaar accent zegt hij íthere are too many ghostsí. Er is teveel historie, ik heb altijd het gevoel dat ik daar niet thuishoor. Het kasteel is nog altijd van de koningen, ook al is het nu open voor het publiek.

En nu, het Beethovenjaar, we vieren zijn 250ste verjaardag, u doet niet mee. U hebt twee jaar geleden drie sonates opgenomen. 

Ja, opzettelijk. Het is teveel dit jaar. Pianisten zijn ongelukkig, hun CDís, ook al zijn ze heel mooi, worden niet opgemerkt, dat vind ik verschrikkelijk. Ik hou niet van dit soort verjaardagen, maar voor minder bekende componisten is het van belang.

Godowsky 150 jaar geleden geboren bijvoorbeeld.   

Ja speel die dan, maar met een grote componist wordt het teveel business. Aan het eind van het jaar is iedereen Beethoven beu. Ik wil daar niet aan meedoen.

Op nog een tweede nieuwe CD breekt u een lans voor nieuwe concerten van Hans Abrahamsen, GÈrard Pesson en Oscar Strassnoy, allemaal voor u geschreven.

Abrahamsen doet ongelooflijke projecten met de Berliner Philharmoniker en in de grote operahuizen. Het concert heb ik voor het eerst in Keulen gespeeld en inmiddels zijn er al negen belangrijke orkesten, zoals in Parijs, M¸nchen en Rotterdam met Yannick NÈzet-SÈguin, die het hebben gespeeld. Ook het Cleveland Orchestra, voor mij het beste orkest van de wereld. Dat werk heeft een leven.

Het is voor de linkerhand dan denk je meteen aan Ravel met zijn concert voor de linkerhand.

Er is zeker een connectie. Abrahamsen heeft door een probleem met zijn rechterhand nooit met twee handen kunnen spelen. Bovendien adoreert hij Ravel. Hij luisterde naar mijn integrale opname van Ravel op CD en hij was gefascineerd door mijn klank. Dat is interessant, een componist die een werk schrijft niet voor een artiest, maar voor de klank van de artiest. Hij is een grote vriend geworden.

Die muziek is heel beeldend.

Geldt dat niet voor alle muziek? Bij het werk van Strasnov krijg ik ook veel beelden. Het is grappig, de drie componisten zijn heel verschillend maar ze hebben onderling veel bewondering voor elkaar, dat doet me veel plezier. Strasnov woont in Berlijn en komt uit ArgentiniÎ. Je hoort het vuur en de gekte van Buenos Aires in zijn muziek. Ik hou van hem ook om zijn humor, hij daagt me uit bijzondere dingen te doen.

Dan is hij bij u aan het goede adres want uw projecten zijn best wel avontuurlijk.

Dat weet ik niet. Mijn discografie is heel bewust geconstrueerd. Er is een verband tussen alle componisten die ik heb opgenomen en ik denk dat je een discografie achteraf moet je beschouwen, dan kun je zien of het een grote boog was. Zoals een huis dat misschien met heel verschillende stenen is gebouwd, maar waar alles met elkaar verbonden is.

Wel jammer dat Mauricio Kagel geen concert meer voor u kon schrijven.

Ja, hij was er al mee bezig. Het is vreselijk. Aan de telefoon vertelde hij over een ongelooflijk idee voor een nieuw pianoconcert. Iets waar nog niemand aan had gedacht, Beethoven niet, Chopin, Mozart, niemand. Hij zou het me uitleggen bij onze volgende ontmoeting. Helaas werd hij ziek. De laatste keer aan de telefoon klonk zijn stem helemaal anders, hij was ernstig ziek en we hebben elkaar niet meer gezien. Ik zal nooit weten wat zijn idee precies was. Soms neemt het leven een eigenaardige loop. Abrahamsen vertelde me dat Shostakovich op het conservatorium kwam vertellen maar de studenten vonden hem niet interessant, niemand wilde naar hem luisteren. Nu heeft Abrahamsen spijt als haren op zijn hoofd en beschouwt hij Shostakovich als een van de grootste componisten aller tijden.

Je kunt altijd nog iets leren.

Precies, dat is het enige doel in het leven.

Dat is een mooie gedachten om mee te eindigen.

(Lacht.) Inderdaad.

Wat vindt u van dit artikel?

Musicologist, pianist & author on music and sustainability/circular economy. Author of six books and a new one in preparation.