Hoe kijk jij naar het dier in jouw kleding?
Tekst: Jeroen van Dijken | Vereniging van grootwinkelbedrijven in textiel
Steeds vaker wordt de detailhandel aangesproken op dierenwelzijn. Niet alleen supermarkten, maar ook de non-food detailhandel. Bijvoorbeeld over het gebruik van wol, dons en bont. Niet voor niets is dierenwelzijn een belangrijk thema binnen het convenant Duurzame Kleding en Textiel.
Achter zorgen om de omgang met dieren zit altijd een eigen wereldbeeld. Niet iedereen vindt dat bijvoorbeeld wol gebruikt mag worden in kleding: dieren hebben een eigen waarde en emoties die we moeten respecteren en niet aantasten. Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich mensen die vinden dat dieren een instrumentele waarde ten bate van de mens hebben. De meeste Nederlanders vinden dat dierlijke producten wel gebruikt mogen worden, maar alleen als hun intrinsieke waarde en hun integriteit wordt erkend. Kortom, het dier moet goed behandeld worden. De vraag is daarbij wat ‘goed’ inhoudt.
In Nederland is 1981 erkend dat dieren een intrinsieke waarde hebben. Dat is vastgelegd in de Wet Dieren uit 2011. In het Europese Verdrag van Amsterdam zijn dieren erkend als ‘wezens met gevoel’. In sommige vertalingen staat ook ‘en bewustzijn’. Dit is niet opgenomen in de Nederlandse vertaling. Los van deze wet, zijn er discussies over hoe wij met onze dieren omgaan in de praktijk. De wetgever heeft in de wet bewust ruimte gelaten voor de weging van het belang van het dier ten opzichte van andere belangen. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld het systeem van sterren van het Beter Leven Keurmerk. Breed wordt geaccepteerd dat er dieronvriendelijk en diervriendelijker vlees te koop is. Steeds meer Nederlanders zien de mens echter als onderdeel van de natuur, waarbij belangen gelijker gewogen moeten worden.
Uiteindelijk moeten bedrijven zelf een keuze maken hoe zij omgaan met dierenwelzijn. Net als ieder mens, kan een bedrijf een eigen beeld hebben bij dierenwelzijn. De Nederlandse modesector is heel helder, wij tolereren geen misstanden zoals het levend plukken van angorakonijnen. Tegelijkertijd moeten we helaas constateren dat er nu geen adequate manier is om te controleren of er aan de eisen die wij stellen, altijd wordt voldaan in productielanden. Dit willen wij verbeteren en daaraan werkt de sector met dierenwelzijnsorganisaties, de Nederlandse overheid, Made-BY en individuele bedrijven.
Deelname aan het convenant moet een objectief inzicht geven aan alle bedrijven in hoe geproduceerd wordt en hoe met dieren wordt omgegaan. Waarde toekennen aan dierenwelzijn is helaas een lastige exercitie, omdat dit geen zwart-wit vraagstelling is. Daarnaast ontbreekt een internationaal kader voor dierenwelzijn. Dit maakt het lastig voor ondernemers om effectief te handelen. Daarom heeft de Nederlandse modesector al eerder opgeroepen tot gecoördineerde actie op Europees niveau. Dankzij een pleidooi van Nederland, Denemarken, Duitsland en Zweden heeft de Europese Commissie in januari 2017 besloten tot de oprichting van het EU-Platform voor dierenwelzijn. Doel van het platform is om de dialoog over dierenwelzijn te bevorderen en blijvende aandacht te vragen voor dierenwelzijn op de EU-agenda. Het zal gaan over betere toepassing van bestaande EU-regelgeving, promotie van EU-dierenwelzijnsstandaarden in de wereld en inzet van het bedrijfsleven. Een mooie en noodzakelijke stap.