De koala ploft brandend uit de boom
Tekst: Frans van der Beek | Beeld: Pixabay
Australië wordt door moeder natuur gegeseld met extreme bosbranden en heftige overstromingen. Dat heeft rampzalige gevolgen voor de dierenwereld. Volgens een schatting van het Wereld Natuur Fonds zijn door die branden zo’n drie miljard dieren gedood of op de vlucht geslagen. Op het continent leven unieke soorten zoals de wombat, de kangoeroe en de koala. De laatste heeft het zwaar te verduren.
De koala is langzaam en drinkt weinig
Bij bosbranden zijn ze kansloos. In tegenstelling tot vogels die kunnen wegvliegen en kangoeroes die snel kunnen wegkomen, is een koala langzaam. Daar komt bij dat het dier als primaire reactie op het vuur hoger in de eucalyptusbomen klimt, wat bij een brand desastreus is. Deze bomen bevatten een soort olie die bij brand ontploft. Dat levert spectaculaire explosies op waarbij de koala’s brandend uit de bomen tuimelen. Naar schatting leven er tussen 15.000 en 28.000 koala’s in het getroffen gebied. In 2016 werd door wetenschappers nog berekend dat er in heel Australië ruim 300.000 koala’s waren. Het Australische Koala Fonds houdt het op 80.000 dieren.
Door zijn teddybeer-achtige uiterlijk wordt hij vaak ten onrechte als een beer beschouwd.
Koala komt uit het Dharuk, een uitgestorven taal van de Aboriginals. Het betekent zoiets als drinkt niet en verwijst naar het feit dat de koala zelden drinkt. In de bladeren zit genoeg vocht. Het mannetje weegt zo’n twaalf kilo, het vrouwtje acht kilo. Ze worden 65 tot 75 cm lang. In het noorden van Australië wegen koala’s bijna de helft minder. Zuidelijke koala’s hebben een dikkere vacht dan die in het warmere noorden. De kleuren van de vachten variëren sterk per individu en worden lichter naarmate koala’s ouder worden, maar de meeste zijn grijs met wit op de kin, borst, voorpoten en romp.
Slaapkoppen
Koala’s eten bijna uitsluitend bladeren van de eucalyptusboom. De bladeren zijn vezelrijk en bevatten gif dat voor de meeste andere dieren gevaarlijk is.
Koala’s hebben een langzame spijsvertering en slapen zo’n twintig uur per etmaal, vaak in een boom, waarmee ze de grootste slapers van het dierenrijk zijn.
De rest van hun tijd besteden ze vooral aan eten en het zoeken naar eten en potentiële partners. Ze verplaatsen zich bij voorkeur in de uren na zonsondergang en kunnen ook zwemmen.
Koala’s zijn solitaire territoriumdieren en blaffen weleens agressief naar soortgenoten. Ze zien er schattig uit, maar kunnen venijnig krabben en bijten.
Geen andere man
Koala’s zijn polygaam en paren doorgaans in de zomer, tussen oktober en februari. Het laatste spermavocht verhardt waardoor de man er indirect voor zorgt dat de vrouw de eerste dagen niet met een andere man kan paren. Het verharde sperma vormt een stop. Na een paar dagen verliest het vrouwtje de stop vanzelf. Het koalajong (de joey) wordt na vijf weken geboren, maar is dan nog kaal, blind en slechts zo’n twee cm lang. De vijf à zeven maanden daarop brengt het door in de buidel van de moeder, waar het melk drinkt uit een van de twee tepels. In de maanden daarna eet het jong onder andere een speciaal aangemaakte darmbrij van de moeder, waar bacteriën in zitten die de vertering van eucalyptusbladeren verbeteren. Het jong is ongeveer na elf maanden onafhankelijk van zijn moeder.
Retrovirus
Aan het begin van de 20e eeuw was de koala door de jacht bijna uitgeroeid, maar sindsdien zijn natuurbeschermers erin geslaagd hun aantal weer te doen toenemen. Dit succes heeft zeker te maken met het ‘schattige’ voorkomen van de koala, dat hem een voorsprong geeft ten opzichte van andere, minstens zo sterk bedreigde Australische vogel- en zoogdiersoorten. In geïsoleerde gebieden van waaruit migratie niet mogelijk is, werden de koala’s soms weer zo talrijk dat ze verplaatst moesten worden of van de honger omkwamen. Ziektes, zoals chlamydia, hebben ook hun tol geëist. Wetenschappers onderzoeken een retrovirus dat de koala met uitsterven bedreigt. Het virus nestelt zich in het DNA waardoor het nageslacht van een geïnfecteerde koala het virus overerft.
Bedreiging
Zolang er voldoende voedsel is, kunnen koala’s prima samenleven met mensen, maar ze hebben veel ruimte nodig. Koala’s verplaatsen zich via beboste corridors over grote afstanden op zoek naar nieuwe leefgebieden en partners. De aanleg van bijvoorbeeld wegen en woonwijken snijdt deze corridors af waardoor de koala in een kleiner gebied opgesloten zit. Ook wordt de koala bedreigd door dingo’s en verwilderde honden.
De oorspronkelijke populatie in Zuid-Australië was aan het begin van de twintigste eeuw vrijwel uitgeroeid, maar door het uitzetten van koala’s uit Victoria in de deelstaat zijn er weer verschillende populaties in het zuidoosten van Zuid-Australië.
Laten we hopen dat moeder natuur Australië in de toekomst minder hardvochtig behandelt, waardoor de koala en die andere bijzondere soorten een veiliger toekomst krijgen.