Top
berglandschap

“Dark Heavens toont verloren band tussen mens en dier”

Tekst: Angelique van Os | Foto’s: Hamid Sardar

Acht zomers trok hij met ze op. Over uitgestrekte steppes en toendra’s, over ruig berglandschap en door de dichte bossen van Mongolië. Fotograaf, filmmaker en wetenschapper Hamid Sardar (1966), toont met zijn camera de pure leefwijze, eeuwenoude tradities en rituelen van de laatste Mongoolse jagers en sjamanen. Resultaat is zijn debuut Dark Heavens (TeNeues), een koffietafelboek gevuld met symbolisme, spiritualiteit en de sterke band tussen mens, dier en de natuur.

Hij zit midden in de afronding van zijn nieuwe film over Tibet. Achter hem hangt een foto van een jager met een adelaar, die ook in zijn boek Dark Heavens staat. Hamid Sardar woont en werkt voornamelijk in Parijs, waar hij op bescheiden wijze bekroonde documentairefilms produceert, zoals The Reindeer People (2012), No Strangers (2013) en Taïga (2015). De van oorsprong Iraniër verblijft echter het liefst in Centraal Azië. Hij heeft een grote passie voor Tibet en Mongolië, waarbij laatstgenoemde het land is waarmee hij sinds 2000 onlosmakelijk verbonden is. Wanneer hij begint te vertellen volgt een spraakwaterval van woorden en al snel is duidelijk dat Sardar’s wereld en visie uit vele intrigerende lagen bestaat.

“Als 11-jarige jongen moest ik vanwege politieke en religieuze spanningen mijn thuisland verlaten, maar ik herinner me de paradijselijke regenwouden en haar dieren. We woonden aan de noordwest grens, waar regelmatig Mongoolse en Turkse paardenboeren handel dreven. Ik was als kind al gefascineerd door die mensen. Doordat ik al zo jong gedwongen mijn thuis moest verlaten, zijn die nostalgische jeugdherinneringen altijd blijven leven.

Daarnaast had ik als kind al vroeg interesse in het boeddhisme en oude helende krachten van sjamanen, die haaks staan op het geweld wat ik om me heen zag in Iran. Ik studeerde Oriëntaalse culturen en talen aan de universiteit van Harvard, en vertrok naar Nepal en Tibet voor onderzoek. Na een aantal jaren volgde ik een minor aan de Harvard Film Study Center en zo ontstond mijn passie voor film en fotografie, mede omdat woorden soms tekort schieten. Mijn eerste foto’s werden gepubliceerd in National Geographic, omdat ik onderdeel uitmaakte van een expeditie naar de destijds onontdekte Tibetaanse Tsangpo rivier.”

Totemmythes

“In 2000 belandde ik, inmiddels zelf docent, met studenten in Noord-Mongolië voor een etnografisch veld- en lesprogramma over de dhuka en tsaatan nomaden toen het land zich openstelde voor toeristen en westerlingen. Mongolië is waarschijnlijk een van de laatste plaatsen in Azië waar de oude spirituele waarden van vroege pastorale nomaden en jagers hebben overleefd; met name de sjamanistische tradities die de essentiële eenheid van mens en dier benadrukt. Hun oude kennis is gekoppeld aan de natuurlijke omgeving. Als dit verdwijnt, dan verliezen nomadische volkeren een belangrijk aspect van hun geestelijke waarden en cultuur. Veel van mijn foto’s zijn dan ook documentaties van die leefwijzen en tradities, en in het bijzonder een weergave van totemmythes en legenden. Ik raakte daar erg in geïnteresseerd. Een totem is een bijzondere natuurgod en vormt een bescherming voor een stam of familie. Het verwijst naar de relatie tussen mens en dier; dat de mens voortkomt uit een dier en zich daaraan nauw verwant voelt. Volgens oude Europese mythen staat Asena, een wolf met blauwe manen, bijvoorbeeld symbool voor de hemelse moeder, waaruit de mens wordt geboren.

De wolf is een totem, maar tegelijkertijd een vijand. Zo heb ik Taipak, een man van de Kazakh stam gefotografeerd met twee jonge wolven op de een rots. Moeder was doodgeschoten en de pups zijn door hun opgevoed tussen hun hondenroedels. Er is helaas niet altijd een happy end, want een wolf is en blijft een wild dier en die kun je niet gevangen houden, maar ook niet in vrijheid terugbrengen, want dan komt hij terug om te doden. Dat is de paradox tussen mens en dier.”

Spirituele beschermers

“Het rendier heeft een spirituele en beschermende betekenis voor de nomaden, ze begeleiden hen naar het volgende leven, een andere wereld. Dat geldt ook voor het paard, de zwarte hond en de adelaar. Daarom voelen ze zich sterk verbonden met deze dieren. De foto (zie openingsfoto) van het kindje dat slaapt voor het witte rendier verwijst hier sterk naar. Jaren probeerde ik die hechte band weer te geven, tot op een dag ik spelende kinderen observeerde en er een peuter was die met een rendier speelde en er vervolgens bij in slaap viel. De Kazakh jagers hebben een sterke liefdesband met de adelaarvrouwtjes. Ook dit is een hemels, beschermend dier, dat duisternis wegjaagt. De roofvogel wordt als jong gevangen en leeft bij de families om te ondersteunen met de jacht. Na vijf jaar krijgen ze hun vrijheid terug, zodat ze kunnen broeden. De jagers weten waar ze hun nesten bouwen en nemen vervolgens weer de beste jonge vrouwtjes mee om te trainen.
Overigens heeft niet alles een symbolische betekenis, deze mensen staan heel dichtbij de natuur. Op de cover en in het boek staan bijvoorbeeld een aantal foto’s van een meisje met een jong hertje. Tijdens een migratie hadden ze het dier gevonden en geadopteerd. Een geit gaf het melk, waardoor het overleefde, tot ze op een dag uit zichzelf terugkeerde naar het bos.”

Verloren paradijs

“Mijn beste foto’s ontstaan wanneer ik me kwetsbaar en open opstel, dat geeft meer vertrouwen bij de ander. Ze zijn zich niet bewust van mijn aanwezigheid, waardoor de camera onzichtbaar wordt. Dan ontstaan er vanzelf magische momenten. Doordat families mij leerden kennen, maakte ik steeds meer onderdeel uit van hun gemeenschap. Niet andersom. Elementen als vrijheid van godsdienst en meningsuiting begonnen voor mij te vervagen, want die zijn te verwaarlozen als je in de wildernis leeft. Hier werd ik bewust van de scheidslijn tussen beschaving en wildernis en zijn vrijheden. Toen ik dat besefte, bestond ik zicht-baar in de ogen van mijn metgezellen.”

“Het boek is voor mij een weergave van wat we door de eeuwen heen hebben verloren: de hechte, spirituele band die de mens van oudsher ooit had met natuur en dier. Het is me duidelijk dat de mens die afstand op globale schaal door de eeuwen heen zelf heeft gecreëerd, afstand heeft genomen van respect voor de natuur. Onze kinderen, inclusief die van mezelf, maken steeds meer onderdeel uit van een digitale, virtuele wereld. En ontwikkeling is onoverkoombaar. Dat is ook niet slecht. De jongere generatie nomaden volgt ook onderwijs, trekt meer naar de steden toe op zoek naar werkgelegenheid en een warm dak boven hun hoofd. We hebben een te romantisch beeld van hun levensstijl. In de winter trekken de sterkste familieleden verder, terwijl de kinderen en sommige vrouwen dichtbij kleine dorpjes leven. Het leven in de koude toendra- en berggebieden is hard. We moeten die ontwikkeling niet tegengaan. Ik probeer met mijn foto’s van deze gemeenschappen en hun band met wilde dieren in een iconische stijl te presenteren, terugdenkend aan het verloren paradijs op aarde. Toen mens en dier dezelfde taal spraken en de mens afhankelijk was van de natuur. Gelukkig zijn er genoeg manieren om de natuur opnieuw in ons leven toe te laten. Het is de interactie tussen mens en natuur die compleet is veranderd. Dat is vooral merkbaar in Westerse gemeenschappen, waarbij eenzaamheid, afscheiding en sociale verharding dagelijks zichtbaar zijn. Dit boek is een poging om een klein stukje

wildernis en oude culturen te behouden, waarbij contact en betrokkenheid met de autochtone bevolking van essentiële waarde is. En ja, natuurlijk bestaat de angst dat de oude wijsheden, taal en cultuur in de toekomst steeds meer zullen verdwijnen, maar zolang er rendieren zijn blijven de jagers en sjamanen rondtrekken.” Dark Heavens is te koop in de boekhandel.
Voor meer info: teneues-buecher.de

Wat vindt u van dit artikel?

Angelique van Os is schrijver, o.a voor: Pianist, Jazzism, Soundz, Pure off the road. Organiseert zelf schrijfworkshops/cursussen m.b.t. Reizen en Cultuur in samenwerking met fotograaf Henk Bothof.