Boeddha van mededogen
Tekst: Eric Schoones | Beeld: Carlo Bonnie
De Dalai Lama was de afgelopen jaren meerdere keren in Nederland en België op uitnodiging van onder andere de Tibet Support Groep, die wereldwijd Tibet steunt in het streven naar onafhankelijkheid. Ook nu was Carlo Bonnie verantwoordelijk voor de beveiliging van de Dalai Lama. Carlo beoefent al sinds zijn kinderjaren Japanse krijgskunst en in gesprek met hem voel je dat hij één is met de boeddhistische leer, die hij in jarenlang onderricht van vele hoge Tibetaanse boeddhistische leraren mocht ontvangen.
Hoe ben je in contact gekomen met de Dalai Lama?
Ik ben al sinds 1995 via het Maitreya Instituut in Loenen verbonden met het Tibetaanse boeddhisme. In 1997 ontmoette ik de Dalai Lama persoonlijk tijdens een pelgrimstocht door India, samen met mijn leraar Geshe Sonam Gyaltsen. Ik werkte toen als persoonsbeveiliger voor André Rieu en heb aangeboden dat wanneer de Dalai Lama naar Nederland zou komen, ik graag de beveiliging op me zou nemen. En nu heb ik dus al zes keer de beveiliging georganiseerd met een team van zo’n honderd mensen uit heel Europa, voornamelijk uit de wereld van de krijgskunst.
Dat kon bijna niet mooier voor jou.
Inderdaad, ik train al vanaf mijn twaalfde in Oosterse krijgskunsten en ik begreep nooit zo goed waarom ik dat deed, totdat ik die kans kreeg om de Dalai Lama te beveiligen. Toen viel voor mij alles op zijn plek. Het contact met hem betekent heel veel. Ik ben vooral boeddhist en hij is de boeddha van mededogen. Hij is de boeddha met duizend armen, waarmee hij alle groeiende wezens in het universum wil helpen. Hij is ook een van mijn leraren, en hem beschermen is voor mij zo speciaal dat ik daar nauwelijks woorden aan kan geven. Ik ben een fortuinlijk mens.
Wat heb je van hem geleerd?
Hoe kan ik een traject van dertig jaar onderricht in het kort beschrijven… Je krijgt in het boeddhisme van je leraren onderricht, om bepaalde oefeningen te kunnen of te mogen doen. Die oefening hebben tot doel de geest te transformeren. Ik heb onderricht en verschillende initiaties van de Dalai Lama persoonlijk gekregen. Hij geeft een traditie van 2500 jaar door. Die traditie van wijsheid en mededogen is heel belangrijk, want elke boeddhist wil een boeddha worden om alle wezens zoveel mogelijk te helpen.
Hoe breng je dat in de praktijk?
Ik probeer een fatsoenlijk mens te zijn. Ik probeer anderen in hun waarde te laten en niet alleen maar met mezelf bezig te zijn. Het gaat om het welzijn, ook van de muggen en de fruitvliegjes die je niet doodslaat. Dat is niet altijd even gemakkelijk want het gaat vaak in tegen je intuïtieve gevoel van voor jezelf opkomen. Nadenken over de lange termijn gevolgen en niet alleen het nastreven van geluk voor jezelf in dit moment. Elke vorm van leven is afhankelijk van zijn omgeving. We hebben elkaar nodig. We moeten dus zeker ook goed zorgen voor onze Aarde. De toestand van de planeet is zelfs een afspiegeling van onze geestelijke toestand. En die kunnen we veranderen. Elk moment. Dat is de boeddhistische overtuiging.
Het gaat om het welzijn, ook van de muggen en de fruitvliegjes die je niet doodslaat
Hoe kijk je naar de wereld?
Ik heb de hele wereld wel tien keer gezien en heb gewerkt met verslaafden, in tippelzones, maar ook met de allerrijkste mensen. En overal zie je mensen die gelukkig willen zijn met zo min mogelijk pijn. Ze weten niet wat ze aanmoeten met hun pijn, ze zoeken de oorzaak buiten zichzelf, daarmee doen ze anderen weer pijn en creëren daarmee weer karma voor zichzelf. Zo gaat dat in Samsara, de cyclus van dood en wedergeboorte.
Er is maar heel weinig echt geluk…
Als je iemand verliest in je leven dan is de pijn die je voelt jouw pijn, jouw eenzaamheid. De ander is daar niet de oorzaak van. Het boeddhisme leert niet alleen aan jezelf te denken, maar ook aan de ander. Gaat het goed met de ander? Want dat is liefde. Je wil dat de ander gelukkig is. De oefening is om dat te gaan zien.
Kom je via dat loslaten bij de compassie?
Ja en je mag ook best compassie met jezelf hebben, want we zitten in hetzelfde schuitje. We weten nauwelijks beter dan dat we geluk steeds buiten onszelf zoeken, het is heel moeilijk om dat los te laten. Compassie is iets universeels, het is de wens dat de ander geen pijn heeft, je wilt de pijn van de ander wegnemen. De Dalai Lama heeft dat vervolmaakt in zichzelf.
Hoe draagt hij dat uit?
Heb je hem ooit boos gezien? Elke dag vluchten er nog Tibetanen naar India en ze mogen allemaal persoonlijk bij hem op audiëntie. De Dalai Lama vroeg ooit aan een hoogbejaarde monnik die dertig, veertig jaar onder Chinees bewind in de gevangenis zat, hoe hij die tijd had ervaren. De monnik antwoordde dat hij nooit boos was geworden op geen enkele bewaarder ook niet toen hij werd gemarteld. Dat doet de oefening. De Dalai Lama heeft zelfs liefde voor de mensen die hem zijn land hebben ontnomen. Hij wil ook die mensen bevrijden en naar het geluk brengen.
Je hebt hem vaak van dichtbij meegemaakt.
Als hij je aankijkt gebeurt er iets. Hij ziet direct alles in jou en je voelt ook dat hij eindeloos veel van jou houdt. Dat gevoel kan ik niet omschrijven, we kennen die onvoorwaardelijke eindeloze liefde eigenlijk niet.
De toestand van de planeet is een afspiegeling van onze geestelijke toestand
Een keer was ik even alleen met hem, ik gaf hem een geschenk, maar dat gaf hij meteen weer terug, want bezit kent hij niet. Ik zei tegen hem ‘At your service, always’ en ik begeleidde hem naar zijn auto die klaar stond om te vertrekken. En tussen honderden mensen pakte hij mijn hand zo liepen we samen over de rode loper naar de auto. Voor hem ben je geen bodyguard, maar een gelijke, voor hem is iedereen gelijk, hij bejegent iedereen hetzelfde, een staatshoofd net zo als een eenvoudige handwerksman. Dat is ook zijn antwoord als mensen hem vragen wat hij als boeddha ziet. Hij zegt dan: ‘Ik zie dat jij en ik precies hetzelfde zijn.’