Drie trends in duurzame mode voor 2019
Tekst: Lynsey Dubbeld
2019 wordt een jaar van awakening. Dat schreef McKinsey in een rapport over de situatie in de mode-industrie. Oude regels werken volgens het adviesbureau niet meer en modemerken krijgen daardoor te maken met nieuwe kansen en uitdagingen. Onder andere op het gebied van duurzaamheid. Wat staat onze garderobe te wachten?
Hoe staat de mode-industrie er nu voor? Die vraag staat centraal in het jaarlijkse rapport The state of fashion. Adviesbureau McKinsey raadpleegt daarvoor een database met informatie over 500 merken, ruim 275 managers in de mode-industrie, en pioniers en thought leaders. Uit de meest recente editie van het rapport blijkt dat duurzaamheid een van de belangrijkste uitdagingen is voor de spelers in de mode-industrie. Maatschappelijk verantwoord ondernemen is niet langer een verplichting waarvoor checklists worden afgevinkt, aldus McKInsey. Duurzaamheid transformeert de manier van werken in de sector en leidt tot een zoektocht naar oplossingen voor de negatieve impact van de kledingproductie op het milieu. Consumenten vragen bovendien steeds meer om transparantie over de herkomst van hun kleding. Om die reden is duurzaamheid voor modemerken een opgave én een uitgelezen kans om consumenten aan te spreken.
Welke trends staan ons
dan nu te wachten als het gaat om duurzame mode?
Drie ontwikkelingen om in 2019 in het oog te houden
De strijd tegen plastic is actueler dan ooit
Jaarlijks komt er wereldwijd meer dan acht miljoen ton plastic in de zeeën en oceanen terecht. Steeds meer mensen zijn zich bewust van de plastic soep en de risico’s van micro-plastics – en dat leidt tot allerlei initiatieven om het probleem op te lossen. Zo ruimt Boyan Slat met The Ocean Cleanup plastic afval uit de oceanen op. De Europese Unie verbiedt binnenkort plastic wegwerpproducten, zoals rietjes en wattenstaafjes.
Ook in de modewereld staat de strijd tegen plastic op de agenda. Volgens schattingen van Textile Exchange zal in 2030 ongeveer een vijfde van alle polyester in de kledingindustrie van hergebruikte makelij zijn. Gebruikte PET-flessen en ander plastic afval kan worden gerecycled tot nieuwe stoffen en must-haves. Van oudsher maken vooral outdoormerken zoals Patagonia en Quechua gebruik van dit soort materialen. Er zijn ook al enkele jaren jeans, sokken en zwemkleding te koop waarin Econyl is verwerkt, een nylon garen van oude visnetten.
Gerecycled polyester mag anno nu gerust mainstream worden genoemd. Je komt het tegen bij bijvoorbeeld H&M, Adidas en Stella McCartey. Bionic Yarn, dat hoogwaardige garens maakt uit gerecycled polyester, is al in verwerkt in collecties van onder meer Moncler, Chanel, G-Star en Polo Ralph Lauren. Ook bijzonder: met Trashcode levert het Nederlandse bedrijf The Cookie Company collecties van gerecycled plastic aan retailers – zoals Action, Lidl en AH – die zogenoemde gelicentieerde items verkopen. De producten met bijvoorbeeld Disney-helden, stripfiguren en tv-karakters zoals Spongebob kunnen daardoor met veel minder chemicaliën, energie, water en CO2-emissies worden gemaakt.
Circulair is het toverwoord
MUD Jeans had in 2013 met de Lease A Jeans, een spijkerbroek die je huurt in plaats van koopt, de primeur. Maar het circulaire businessmodel is in de modewereld steeds meer in trek. Merken ontwikkelen dan kledingstukken die biologisch afbreekbaar of herbruikbaar zijn zonder dat er restafval bij ontstaat. Voor koplopers zoals MUD Jeans komt daar direct een ander type dienstverlening bij: een circulair item is dan niet je eigendom, maar huur je tijdelijk zodat het na gebruik optimaal kan worden gerecycled.
Merken zoals Filippa K, Kings of Indigo en Stella McCartney werken al serieus aan circulaire collecties. Circulaire kostuums zijn te vinden bij Dutch Spirit en de kleintjes kunnen circulair in de kleren via Cribster. Het Nederlandse Loop.a.life maakt heren- en damescollecties van afgedankte wollen kleding, met als einddoel om de Nederlandse textielindustrie echt circulair te maken en consumenten te enthousiasmeren over slow design. Inmiddels heeft zelfs C&A circulaire jeans en t-shirts in de collectie. Van het circulaire t-shirt van de retailer is naar verluid in elf weken compost te maken. Bijzonder aan het circulaire denim van C&A is dat het open source is: de gids om een circulaire jeans te maken is openbaar gemaakt, zodat andere merken er ook mee aan de slag kunnen.
Omdat circulaire businessmodellen niet altijd zo eenvoudig zijn te realiseren, wordt er binnen de modewereld veel samengewerkt om de kennis over het thema te vergroten. Zo is circulariteit een onderwerp binnen het Convenant Duurzame Kleding en Textiel, een coalitie van brancheorganisaties, vakbonden, de rijksoverheid en maatschappelijke organisaties die sinds 2016 duurzame stappen zetten. Ook bij de Alliance for Responsible Denim staat het onderwerp op de agenda. Nederlandse denimmerken werken – vanuit het initiatief van ngo’s Made-By en Circle Economy, de Hogeschool van Amsterdam en kenniscentrum, onderzoekslab en jeansschool House of Denim – samen aan onder meer circulaire jeansproductie. Dat gebeurt bijvoorbeeld door gezamenlijk standaarden te ontwikkelen voor het duurzaam hergebruiken van grondstoffen.
Slow groeit snel
Bewust consumeren is een leugen – door te kiezen voor duurzame producten gaan we de wereld niet redden. Dat schreef Alden Wicker in een artikel op Qz. Ethisch koopgedrag is volgens de fashion blogger onvoldoende om de praktijken en business modellen van bedrijven te veranderen. Bovendien zijn veel duurzame producten relatief kostbaar, waardoor ze slechts voor een klein deel van de consumenten betaalbaar zijn. Wicker pleit voor meer politieke actie om bedrijven aan te sporen duurzamer te produceren, en ze stelt voor dat we als consumenten geld doneren aan ngo’s en vrijwilligerswerk doen om milieuvervuiling tegen te gaan.
Het pleidooi van Wicker past bij de slow trend die zich steeds meer aftekent in de modewereld. Designers zoals Rianne de Witte, Elsien Gringhuis en Joline Jolink propageren al jarenlang tijdloze items van hoge kwaliteit die lang meegaan. Hun manier van werken is actueler dan ooit. Ook de collecties van Filippa K en Loop.a.life mogen zich slow fashion noemen. Het Japanse Kiraku, dat naar eigen zeggen al veertig jaar slow fashion principes toepast, maakte recent goede sier met een speciale collectie samen met de beroemde ontwerper Yohji Yamamoto.
Illustratief voor de slow fashion trend is ook het succes van initiatieven om langer met kleding te doen, zoals ruilfeesten, kledingbibliotheken en vintage stores. Zo vierde het online swapping platform The Next Closet recent het vijfjarige bestaan. Inmiddels hebben de 55.000 leden gezamenlijk zo’n 45.000 designer items een tweede leven gegeven. Dit alles vanuit de gedachte: waarom nieuw kopen als er al zoveel moois is? Dat is een motto dat de trends van 2019 eigenlijk prima samenvat.
Het probleem van micro-plastics
Aan de dreigende natuurramp met plastic microvezels doet de kledingindustrie onvoldoende. Sterker nog: recycling van plastic verergert het probleem alleen maar. Dat schreef Marieke Sjerps vorig jaar in een artikel in De Groene Amsterdammer dat veel stof deed opwaaien.
Kunststof textielvezels – zoals in polyamide, acryl en polyester – zijn volgens experts die in het artikel aan het woord komen een van de grootste bronnen van vervuiling. Via het spoelwater uit onze wasmachines stromen minuscule plastic kledingvezels de zeeën in. Vijf kilo kleding zou tijdens een was gemiddeld negen miljoen vezels genereren. Bij gerecycled polyester zou dat niet minder zijn. Daarom betekent recycling van polyester dat er een toenemend aantal plastic microvezels in omloop blijven, wat uiteindelijk de milieuvervuiling vergroot.
De oplossing? De kledingindustrie moet volgens Sjerps minder kunststuf gebruiken – en sowieso minder produceren. Wat kunnen wij doen? Sjerps is er duidelijk over: kijk bij aankopen naar de materiaalsamenstelling van een kledingstuk, was kleding minder vaak, was op lage temperaturen en gebruik zo min mogelijk wasmiddel.